Beslissing op vordering tot uitstel of achterwege blijven van de voorwaardelijke invrijheidstelling (VI). Tijdens de behandeling ter zitting van de vordering tot uitstel of het achterwege blijven van de voorwaardelijke invrijheidstelling heeft de veroordeelde laten zien niet gemotiveerd te zijn voor begeleiding door welke instantie dan ook, zolang dat niet op zijn voorwaarden gebeurt. De veroordeelde heeft een evident agressieprobleem, gecombineerd met een mogelijk autistische stoornis. Voorts is er sprake van middelengebruik. Gelet hierop en gezien de bevindingen van de reclassering en de houding van de veroordeelde op de zitting, kan op dit moment het recidiverisico voor misdrijven door het stellen van voorwaarden onvoldoende worden ingeperkt.
De vordering wordt toegewezen.